Beste
Nora en Manuel. Ik had U.
[1] van morgend eene lange brief geschreven om u te zeggen hoe veel diep verdriet ik had naar Antwerpen niet te komen, maar ons grûte liefde voor U. heeft alles overtroffen, en wij komen toch.
[2] Het is erg moeilijk, voor ons, maar Karel zal u expliqueeren hoe,
ik ik ik (Karl-Fienneke)[3] heb uit gevonden om alles t'arrangeeren, t'es een beetje, geriskeerd, maar enfin,!
[4] Waar kunnen wij beter zijn of bij onze beste Vrienden! dus tot zondag we komen aan tot half elve, en blijven tot maandag, anders is het te fatigant
[*] voor
Mariette. Dus, ik ben nu geel kontent en wij komen toch!. en nu, ik eet voorts, We zijn hier in de Gambrinus,
[5] en de garçon brengt juist ((Le rable de Lièvre 2,50))
[*] zie hier de menu, Filets de Harengs!
[*] Vol au vent S
t Jacques,
[*] en rable de lièvre, dat smaakt erg goed
Beste Nora,... en Manuel zou het ook mogen
Maar nu sluit ik, tot overmorgen dus,
en van gansche harte, Karl-Fienneke