Er was enige onduidelijkheid tussen De Bom, Van de Woestijne en Hendrik Nijgh (uitgever van de NRC), over wie nu verslag zou uitbrengen over de 'Exposition de la Toison d’Or et de l'Art Néerlandais sous les Ducs de Bourgogne à Bruges', die op 30 juni 1907 in Brugge van start ging. Naast de tentoonstelling over het Gulden Vlies vonden er in Brugge nog verscheidene festiviteiten plaats, onder meer naar aanleiding van de nationale feestdag, zoals een steekspel en een stoet.
Op 28 juni schreef Nijgh aan Van de Woestijne: 'Door de drukte ook al wegens de ziekte van onzen Hoofdredacteur, was my ontgaan, dat wy u hadden verzocht van de feesten te Brugge verslag te geven. Dit als excuus. Wees gy nu zoo goed, om te zorgen voor de tentoonstelling, het steekspel en den historischen Stoet, dan zullen wy den Heer de Bom noodigen voor het overige te zorgen'. Van de Woestijne heeft in de NRC vijf bijdragen over de tentoonstelling gepubliceerd (op 3, 6, 24, 25 en 31 juli 1907) en één over het steekspel (op 26 juli 1907). De Bom beperkte zich tot een beschouwing over de 'Inwijding van Brugge-zeehaven' (25 juli 1907).
Toon volledige brief