*hitLabel* 1 *ofLabel* 1419

>

Ik kreeg gewis de stuip,
Moest de eerste dag van 't jaar
Voorbijgaan, zonder dat ik Huib
Een koppel wenschen zond, pasklaar![1]

Blijf dus, mijn vriend, getrouw
Aan de ouwe leus: philistersvreten.
En kijkt ge soms een malsche vrouw,
Dan maar er lustig... in ge... beten.

Vooruit, gewapend met onz' pen,
Gescherrept tot een vlijm,
En geen genade thans voor hen
Die 't Schoon bevuilen met hun slijm.

Vooruit, de kloeke strijd ga voort,
Slechts schrandere geesten waardig,
Van 't vroede Idee met 't ware Woord:
Uw harnas! maak u vaardig!

Beschränkung, kalm, met laaiend vuur.
Dàt zij dit jaar onz' strijdbanier.
En sla dan maar ons laatste uur:
wij wijzen op een boek of vier,

Méer niet, maar voor altijd geschreven,
Een Werk, waarin ons hartbloed stroomt,
Waarin de polsslag trilt van 't eigen leven,
Waarinin ons eeuwig Ideaal nog droomt


Mane de Bom.[2]

Annotations

[1] De kennismaking van Hubert Langerock met Emmanuel de Bom vond plaats op het einde van november of in het begin van december 1889. Langerock was op dat ogenblik samen met Jan Mathijs Brans secretaris van de Brusselse groep van het Taalverbond, en was naar Antwerpen gekomen om met Emmanuel de Bom, secretaris van de Antwerpse groep, een middel te beramen om de verslagen van de vergaderingen van de verschillende groepen van het Taalverbond uit te wisselen.
Ze werden het erover eens het algemeen bestuur voor te stellen een Bulletijn uit te geven, dat elke maand een zakelijk verslag zou brengen over de werkzaamheden van de verschillende doelgroepen van de vereniging, en dat uitsluitend voor de leden zou bestemd zijn. Dit "bulletijn" werd het latere Maandblad van het Taalverbond.
De Bom was onmiddellijk erg ingenomen met Langerock, die hij voor Max Rooses als volgt karakteriseerde: "Ik heb kennis gemaakt met Huibert Langerock de opsteller van Jong Vlaanderen. Daar is stellig iets van te verwachten! 't Is geen Brusselaar, wees gerust! Zij zijn misschien wel wat "Nieuwe Gidsiaansch", die jongens! Maar dat zal dra overgaan, en indien ze blijven voortwerken mogen wij interessante dingen van hen tegemoet zien". (Emmanuel de Bom aan Max Rooses, 9 december 1889, AMVC, B 708, 30939/92).
[2] De officiële voornaam van De Bom luidde Emmanuel; verder in de briefwisseling komen nog voor: Emmanuel, Mane, Karel Em(m)anuel, Em(m)anuel Karel, Karel en Charel. De naam Karel (Charel) is waarschijnlijk zijn doopnaam.

Register

*persname*

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Brans, Jan Mathijs (° As, 1853-10-02 - ✝ Eppegem, 1940-03-13)

Leraar en letterkundige.

Langerock, Huibert (° Aalst, 1869-11-03 - ✝ (uitgeweken naar Noord-Amerika),)

Auteur.

Rooses, Max (° Antwerpen, 1839-02-10 - ✝ Antwerpen, 1914-07-15)

Kunsthistoricus en criticus.

Vader van Rosa Rooses.

*journal*

Jong Vlaanderen (° 1881 - ✝ –, 1882)

Tijdschrift.

Maandblad Van Het Taalverbond (° 1890 - ✝ 1895)

Op voorstel van H. Langerock (secretaris van de Brusselse groep) werd het Jaarboek van het Taalverbond vervangen door een maandelijks bulletin, waarin gedetailleerd verslag werd uitgebracht over de vergaderingen die in de diverse groepen werden belegd. De administratie berustte bij Fr. van Cuyck. In tegenstelling tot de Jaarboeken bevatten de Maandbladen geen literair gedeelte meer. In plaats daarvan gaf het Taalverbond jaarlijks minstens één werk van een van zijn leden in eigen beheer uit (b.v. Uit het leven door L. Smits en Volksgeneeskunde in Vlaanderen door A. de Cock).

*institute*

Taalverbond, Het (° 1887 - ✝ –, 1900)

Liberale vereniging.