<Resultaat 26 van 1419

>

Geachte Heer,
Sedert 22. December j[ongst]l[eden] dat ik het genoegen had U op aanraden van onzen gemeenschappelijken vriend Heer de Mont eenen afdruk van mijn Groth-Boek aan te bieden,[1] met het minzame verzoek daarover eenige regels in den Koophandel te willen plaatsen,[2] heb ik verscheidene malen van U de verzekering ontvangen dat gij dit gaarne doen zoudt, en slechts opvolgendlijk door familie–omstandigheden, ongesteldheid en vooraf beloofden arbeid verhinderd waart. — 13. Januari, 4. Februari, 11. Maart.[3]
Hierop vertrouwende schreef ik U zelfs den 4. Februari, dat ik U althans niet los liet, om de goede reden namelijk dat ik eraan houde in het belang der zaak in den "Koophandel" besproken te worden, en dat ik mij voorstel in U eenen warmen medekamper voor het breede Nederduitschdom aangetroffen te hebben.[4]
Gij zwijgt, en nu zoude ik mij weder moeten veroorloven U, om het zoo maar eens te zeggen, op de teenen te trappen, ware het niet dat mijn oog gevallen was op een paar zinsneden voorkomende in uw opstel over Kettmann.[5]
Zoû dan bespreking vragen van een werk waarin eene grootsche zaak verhandeld wordt, kunnen aanzien worden als eene poging om "bewierooking op te loopen"? Zoû het aandringen daarop kunnen gelijkgesteld worden met "toevlucht nemen tot slinksche middelen om naam te verkrijgen" En wanneer een Schrijver, die voor een denkbeeld, een ideaal strijdt, en dit dan ook niet gaarne doodgezwegen ziet, zooals maar al te veel geschiedt, zich om uit onzekerheid te geraken, vergewissen wil of eene heusch gevraagde en vrij gedane belofte zal kunnen vervuld worden, — loopt hij dan inderdaad gevaar "iemand te vervelen door het afbedelen van eene, soms met tegenzin beloofde bespreking van zijn werk"?[6]
Dit laatste wil ik volstrekt niet, waarde Heer, en daarom kom ik u als een ronde Zeeuw van geboorte dat ik ben, op den man af, vragen of er iets in den weg zit dat u belet Uwe welwillende belofte te volbrengen?
In dit geval zal ik enkel moeten vaststellen dat ik drie maanden in de wolken van den Koophandel geleefd heb.
Ik groet U intusschen minzaam
C.J. Hansen
P[ost ]S[criptum]De Mont zegt ergens in zijn beoordeeling[7] dat er in de Dietsche Beweging niet veel beweging op te merken is.[8] Dit is nu wel wat zeer overdreven; doch indien het zoo ware, dan zoû het waarachtig nog niet te verwonderen zijn, als men nagaat hoe men langs verschillige kanten zijn best doet om haar tegen te houden door haar dood te zwijgen in ons ellendig vaderlandje: getuige o[nder andere] het Groth-feest,[9] het Groth-Boek,[10] ja de kunstreis van Fontaine[11] en dezes bijval met Mijn Moederspraak,[12] het aldietsche lied, of zoo men wil, dàt lied in Aldietsch dat men eenvoudig voor Vlaamsch doet doorgaan, terwijl men zorgvuldig verzuimt aan te duiden dat het de eenheid der Nederduitsche taal en de gegrondheid der Dietsche Beweging in fraaiste vorm bewijst.
Buiten Karl Tannen in den Bremer Courier,[13] heeft een criticus het werk in de National–Zeitung besproken.[14] Beide beoordeelingen, andere nog, staan U ten dienste.

Annotations

[2] Dat gebeurde niet. Zie brief 11, noot 2.
[3] Zie brief 4 en brief 12. De brief van 11 maart 1890 werd niet teruggevonden.
[4] Emmanuel de Bom toonde in zijn bespreking van Hansens Groth-Boek (in De Vlaamsche School, nr. III (1890), p. 129-130; zie brief 4, noot 1) aan dat hij zeker niet instemde met de Aldietse gedachte van Hansen. Voor meer gegevens daarover, zie brief 105, noot 5.
[5] Emmanuel de Bom, In memoriam Floris van Westervoort, in: De Vlaamsche School, nr. III (1890), p. 15-21.
[6] De gewraakte passus in het artikel van De Bom over Floris van Westervoort luidt als volgt: "Niet aan hem — onalledaagsch feit! — mocht men verwijten, bewierooking op te loopen. Het stuitte hem, in zijn openhartigheid, tegen de borst, tot slinksche middelen zijn toevlucht te nemen om den naam te verkrijgen, dien, volgens zijn overtuiging, zijn werken hem toch eens moesten verzekeren. Liever hadde hij honger geleden, dan gevaar te loopen, iemand te vervelen door het afbedelen van eene, soms met tegenzin beloofde bespreking van zijne werken." Constant J. Hansen verdenkt De Bom er dus (waarschijnlijk terecht) van een allusie te maken op een min of meer afgebedelde bespreking van zijn boek over Klaus Groth.
[7] Pol de Mont, 'Een naklank op de Antwerpsche Klaus Groth–viering', in: De Toekomst, 7de reeks, IV, nr. 1 (jan. 1890), p. 35-40.
[8] De Aldietsche beweging, een zijtak van de Vlaamsche beweging, vond rond 1850 in Vlaanderen veel belangstelling. Ook de 'Nederlands'–gezinden in de Vlaamse beweging waren niet afkerig van het Groot–Nederduitse perspectief, maar stonden wel terughoudend tegenover het spellingsysteem–Delecourt. Zie brief 11, noot 8.
Vanaf 1860 trad Constant Jacob Hansen Delecourt bij en werd hij de promotor van de Aldietse beweging. Ook Klaus Groth wilde hij hiervoor warm maken, maar die was nogal sceptisch. Hansens ijver uitte zich in talrijke activiteiten: studies, vertalingen, lezingen, journalistieke bijdragen en voordrachten. In 1864 bekrachtigde een Koninklijk Besluit de spelling–De Vries en Te Winkel, waardoor tussen Noord en Zuid, maar niet tussen Oost en West eenheid van spelling kwam. Hansen bleef nochtans zijn "utopie" bepleiten, niettegenstaande hij meer en meer kritiek kreeg. Zo werd hij vanaf 1877 aangevallen door T.H. De Beer, Jacob F.J. Heremans, Alfons Prayon van Zuylen, Gustaaf Segers en anderen.
Toen hij in 1889 zijn boek over Klaus Groth publiceerde en zijn Nederduitse vriend in de Antwerpse schouwburg liet vieren, was de Aldietse beweging reeds doodgelopen. Zie de lemmata 'Aldietse beweging', 'Klaus Groth' en 'Constant Jacob Hansen' in: Ludo Simons, Encyclopedie van de Vlaamse beweging, deel I (Tielt, Utrecht, Lannoo, 1973).
[9] In 1889 zorgde Constant Jacob Hansen voor een grootse hulde aan Klaus Groth, ter gelegenheid van diens zeventigste verjaardag. Deze feestzitting vond plaats in de Koninklijke Nederlandsche Schouwburg te Antwerpen, op 2 mei 1889. Zie het lemma 'Constant Jacob Hansen' in Ludo Simons, Encyclopedie van de Vlaamse beweging, deel I (Tielt, Utrecht, Lannoo, 1973).
Hansen noemde het feest in een brief aan Théophiel Coopman geslaagd, "ondanks alle tegenkantingen van wege clericalen (Snieders, Sermon aan 't hoofd), franskiljons (Opinion, Précurseur) en Kapelmannen (Koophandel)" Tegenover dit welslagen stelde hij zijn teleurstelling om het "doodzwijgen" van het "dietsche princiep". (brief van 17 december 1889 in het AMVC, H2555, 44700/362). Zie verder nog een brief van Hansen aan Coopman van 9 oktober 1890 (AMVC, H2555, 44700/349).
[10] In de brief van 9 oktober 1890 aan Théophiel Coopman kloeg Hansen over het doodzwijgen van zijn boek over Klaus Groth, onder meer in De Zweep, Het volksbelang, Het Nederlandsch museum en De Vlaamsche School, en over een bespreking onder dwang in de Koophandel van Antwerpen. Zie brief 11, noot 2.
Hansen had voor het tijdvak 1885–1890 met zijn boek (dat eind 1889 verschenen was) meegedongen in de vijfjaarlijkse prijskamp der Nederlandse letteren. De keurraad was samengesteld uit Pieter Willems, Ludovicus Roersch, Théophiel Coopman, Servaas Daems, Julius Obrie, Lodewijk–Jan Mathot en Jan van Droogenbroeck.
Die keurraad vond het boek van Hansen "schoon, nuttig en leerzaam", maar kon het niet in aanmerking nemen voor de prijs omdat het niet behoorde tot de loutere letterkunde. Zie de Verslagen en Mededelingen van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal– en Letterkunde (Gent, A. Siffer, 1891), p. 164–214. Die beoordeling was echter pas bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 12 april 1891. Het is mogelijk dat ze resulteerde uit de onverschilligheid die men aan de dag legde op het ogenblik dat Hansen deze brief schreef aan De Bom.
[11] Op het einde van 1889 en in het begin van 1890 maakte Henry Fontaine (met een korte onderbreking rond de jaarwisseling) een kunstreis door Frankrijk, waar hij onder meer optrad met een repertorium van Vlaamse liederen. Hij werd daarbij vergezeld door de jonge Antwerpse componist Albert de Vleeshouwer. Zie de Koophandel van Antwerpen van 12 november 1889 (p. 3), 10 december (p. 2-3) en 11 december (p. 2), en ook L'Escaut van 31 december 1889 (p. 2).
De Franse bladen uit de plaatsen waar ze optraden toonden zich telkens zeer enthousiast, ten bewijze waarvan de Koophandel van Antwerpen op 10 december 1889 drie uittreksels uit Angers–Artiste en uit Le soleil du Midi van Marseille vertaalde. L'Escaut (22 januari 1890, p. 1) meldde dat Fontaine en De Vleeshouwer tijdens het tweede deel van hun reis andermaal schitterende successen boekten, en haalde volgende Franse bladen aan die hun lof over dit optreden uitspraken, zoals Le phare de la Loire, l'Union Bretonne, La gazette artistique de Nantes en l'Union de l'Ouest van Angers.
De reis van Fontaine en De Vleeshouwer door Frankrijk eindigde vóór 10 februari 1890, want de Koophandel van Antwerpen en Het volksbelang kondigden op 22 februari 1890 allebei een optreden van Fontaine aan dat op 10 februari zou plaatsvinden. Volgens Het volksbelang organiseerde de bond der oudstudenten van het Brugse atheneum op die datum een groot concert, waarop Fontaine zong. De Koophandel van Antwerpen nam op 22 februari (p. 2) een artikel over dat gebeuren over uit De Brugse beiaard van 15 februari 1890, waarin in verband met het succesvolle optreden van Fontaine werd gezegd werd dat het voorafgegaan werd door de buitengewone bijval die hem kort voordien in Frankrijk en in de Franse pers tot een Europees kunstenaar had 'gewijd'.
[12] Mijn moederspraak, een gedicht van Klaus Groth, was door Peter Benoit getoonzet ter gelegenheid van de feestavond in Antwerpen op 2 mei 1889 naar aanleiding van de zeventigste verjaardag van Groth. De Aldietse versie van het gedicht werd bezorgd door Constant Jacob Hansen. Die zei over dat lied: "Het klinkt als een stamlied en wordt wellicht der Dietsche beweging kenmerkend gezang". Zie Hansens boek over Klaus Groth, p. 170.
Henry Fontaine zong het lied op de feestavond in plaats van de zieke Mevr. V. Degive–LeDelier. In de brief van Hansen aan Coopman van 17 december 1889 (zie [9]) sprak Hansen zijn ongenoegen uit over het negeren van de Aldietse betekenis van Mijn moederspraak in verband met het overweldigende succes van Fontaines optreden in Frankrijk (zie daarvoor [11]).
Hoewel bij elk relaas daarover in de kranten vermeld werd dat hij vooral met Mijn moederspraak zoveel bijval oogstte, repten noch de Belgische noch de Franse kranten over de Aldietse betekenis van het lied. Wel werd de charmante toonzetting ervan door Benoit zowel door de Belgische als de Franse pers steeds vermeld, als zou het bijdragen tot het succes van het lied. De Belgische kranten zagen het lied ook wel als een belangrijke exponent van de Vlaamse kunst, en zelfs als een indrukwekkend propagandamiddel voor de verspreiding ervan. Tevens werd het belang van het lied voor de Vlaamse beweging aangehaald. Zie de Koophandel van Antwerpen van 22 februari 1890 (p. 2).
[14] Het is mogelijk dat de woorden van Harro Magnussen in de Berliner National–Zeitung van 19 februari 1890 in verband met de bespreking van Hansens boek over Groth kunnen worden gebracht.
Daarin zei hij: "Wie auch die Geschicke des Niederdeutschen sich gestalten mögen, ihnen die ihre ganze Kraft daransetzen die Sprache zu retten gebührt unsere höchste Anerkennung." Zie A. Henot, Leven en streven van Dr. C.J. Hansen (Antwerpen, H. en L. Kennes, 1899), p. 179. De Berlijnse beeldhouwer Harro Magnussen was een groot aanhanger van Klaus Groth. Hij vervaardigde diens borstbeeld in de Nederlandsche Schouwburg van Antwerpen.

Register

Naam - persoon

Beer, Taco Hajo De (° Maarsseveen, 1838-11-18 - ✝ Den Haag, 1923-09-12)

Leraar en schrijver.

Doceerde vanaf 1877 aan de Amsterdamse HBS. Leidde vanaf 1902 een vertaalbureau in Den Haag. Schreef novellen, studies en kritieken. Was van 1877 tot 1878 redacteur van de Tooneelalmanak, van 1879 tot 1886 van Het Nederlandsch tooneel, orgaan van het Nederlandsen Tooneelverbond, en in 1882 van Het nieuwsblad voor Nederland. Stichtte en redigeerde zelf ook een groot aantal tijdschriften, o.m. het onderwijzersblad Noord en Zuid (1876 - 1906). Taalstudie (1878 - 1891), het letterkundig weekblad De portefeuille (1879 - 1894) en het aan dialectstudie gewijde Onze volkstaal (1881 - 1884).

Was in 1877 ook de oprichter van De nieuwe tijd en van De Amsterdammer. Weekblad voor Nederland (met M.G.L. van Loghem). Was een ijverig lid van de Nederlandse Taal- en Letterkundige Congressen en stond zo in nauw contact met Vlamingen als M. Rooses, P. de Mont en J.F.J. Heremans.

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Coopman, Theophiel (° Gent, 1852-11-24 - ✝ Schaarbeek, 1915-06-04)

Dichter, criticus, literatuurhistoricus en bibliograaf.

Daems, Servaas Domien (° Noorderwijk, 1838-06-04 - ✝ Tongerlo, 1903-07-30)

Kanunnik, schrijver en redenaar.

Delecourt, Victor Hubert (° Mons, 1806-05-04 - ✝ Elsene, 1853-11-16)

Advocaat en taalkundige.

Droogenbroeck, Jan Van (° Sint-Amands, 1835-01-18 - ✝ Brussel, 1902-05-27)

Onderwijzer, ambtenaar en schrijver.

Fontaine, Henry (° Antwerpen, 1857-04-05 - ✝ Antwerpen, 1923-12-23)

Musicus.

Groth, Klaus (° Heide (Holstein), 1819 - ✝ Kiel, 1899)

Schrijver.

Hansen, Constant Jacob (° Vlissingen, 1833-10-04 - ✝ Brasschaat, 1910-04-14)

Letterkundige en bibliothecaris.

Heremans, Jacob Frans Johan (° Antwerpen, 1825-01-27 - ✝ Gent, 1884-03-13)

Filoloog en politicus.

Ledelier, Valentine (° Antwerpen, 1846-05-05 - ✝ Edegem, 1912-02-21)

Zangeres.

Echtgenote van Degive, met wie zij op de Meir het Café du Grand Laboureur uitbaatte, dat zo een artistiek stamlokaal werd. Ze was een der voornaamste Vlaamse concertzangeressen uit de 19de eeuw. Trad ook op in Nederland en Duitsland. Oogstte samen met de zanger E.Blauwaert grote bijval bij de creatie en in de uitvoering van werk van P.Benoit, die voor haar op tekst van J.de Geyter Jonofrou Kateline componeerde. Gaf lyrische zang aan de meisjes van de Vlaamse Muziekschool van Antwerpen, waar ze collega was van H.Fontaine die hetzelfde vak onderwees aan de jongens.

Magnussen, Harro (° Hamburg, 1861 - ✝ Berlijn, 1908)

Schilder.

Mathot, Lodewijk (° Antwerpen, 1830-08-26 - ✝ Antwerpen, 1895-07-05)

Schrijver.

Mont, Maria Polydoor Karel De (gen. Pol) (° Wambeek, 1857-04-15 - ✝ Berlijn, 1931-06-29)

Schrijver, kunsthistoricus en journalist.

Obrie, Julius (° Gent, 1849-03-16 - ✝ Gent, 1929-11-20)

Hoogleraar en magistraat.

Prayon-van Zuylen, Alfons Maria Napoleon (° Gent, 1848-11-19 - ✝ Twickenham (Middlesex), 1916-11-16)

Advocaat en schrijver.

Roersch, Ludovicus (° Maastricht, 1831-05-30 - ✝ Luik, 1891-10-28)

Classicus van Duitse afkomst.

Studeerde klassieke filologie aan de Leuvense universiteit. Lid van de vereniging Met Tijd en Vlijt. In 1872 hoogleraar aan de Luikse universiteit, waarvan hij van 1888 tot 1891 ook rector was. Lid van de Académie Royale de Belgique sinds 1882 en van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde sinds 1886. Was geïnteresseerd in de Vlaamse letterkunde. Schreef beknopte monografieën over J.F.J.Heremans en J.Nolet de Brauwere. Hield zich ook bezig met de Van Maerlantstudie. Lid van het bestuurscomité van de Biographie nationale, waarin hij tal van levensberichten van oude filologen en humanisten publiceerde. Schreef in Patria Belgica (1873 - 1875) een opmerkelijke 'Histoire de la philologie en Belgique'. Werkte behalve aan een aantal Franstalige vaktijdschriften in Vlaanderen nog mee aan De toekomst en Noord en Zuid.

Segers, Gustaaf (° Hoogstraten, 1848-12-29 - ✝ Hoogstraten, 1930-04-03)

Leraar en schrijver.

Sermon, Hendrik (° Sint-Pieters-Leeuw, 1833-02-16 - ✝ Borgerhout, 1904-08-02)

Leraar en uitgever.

Snieders, August (° Bladel (Noord-Brabant), 1825-05-08 - ✝ Borgerhout, 1904-11-19)

Schrijver.

Tannen, Karl (° Leer (Oostfriesland), 1827 - ✝ Bremen, 1904)

Boekhandelaar, folklorist en schrijver in het Platduits.

Was vanaf 1896 buitenlands erelid van de Koninklijke Vlaamsche Academie voor Taal- en Letterkunde. Schreef o.a. Reineke Voss (1861), Uut'n Flickenbüdel (1877) en He socht syn Swyn (1878).

Vleeshouwer, Albert De (° Antwerpen, 1863-06-08 - ✝ Antwerpen, 1913-06-19)

Componist.

Leerling van Jan Blockx. Leraar aan het Koninklijk Muziekconservatorium te Antwerpen. Schreef liederen, een 'opéra comique' (L'Ecole des pères 1892) en een aantal militaire marsen. Maakte met de baszanger H. Fontaine verscheidene kunstreizen doorheen Frankrijk. Stichtte in 1902 de Prijs Albert de Vleeshouwer.

Titel - krant/tijdschrift

Berliner National-zeitung (° 1848 - ✝ 1938)

Liberale krant die van 1910 af onder de titel Acht-Uhr-Abendblatt verscheen. Hoofdredacteur tot 1890 was F. Dernburg; hij werd opgevolgd door S.E. Köbener.

Bremer Courier (° 1846 - °)

Duitse krant die gesticht werd als Der Courier an der Weser; bestond zeker tot 1929. In 1902 met een oplage van 10.700 exemplaren. In die tijd was Joh. Ordeman hoofdredacteur.

Brugsche Beijaard, De (° 1881 - ✝ 1913)

Weekblad.

Escaut, L'. Organe Du Commerce D'anvers (° 1863 - ✝ 1904)

Antwerps informatie- en opinieblad.

Was eerst Meetinggezind en liberaal, later katholiek en conservatief. Had begrip voor de Vlaamse grieven. Stichters waren o.a. Baron Osy en E.Gressin-Dumoulin; hoofdredacteurs E.Gressin-Dumoulin en A.Nure.t. De taak van L'Escaut werd verdergezet door Le courrier du soir (1904 - 1914).

Koophandel Van Antwerpen, De. Dagblad Voor Politiek, Nijverheid, Kunst En Landbouw Van Antwerpen (° 1863 - ✝ 1897)

'Dagblad voor Politiek, Nijverheid, Kunst en Landbouw van Antwerpen'. Doctrinair-liberaal dagblad.

Nederlandsch Museum (° 1874 - ✝ 1894)

Gents liberaal tijdschrift.

Opinion, L' (° 1867 - ✝ 1902)

Antwerps liberaal vooruitstrevend informatie- en opinieblad. Werd gesticht als gevolg van onenigheid tussen liberalen en katholieken in de Meetingpartij. Het blad eiste scheiding van kerk en staat, vrijhandel, reorganisatie van het leger, bescherming van de rechten der Vlamingen, verplicht lager onderwijs en grotere toegankelijkheid voor het hoger onderwijs. Werd op die manier het blad van de liberaal-demokraten met als tegenhanger Le précurseur, orgaan van de doctrinaire liberalen. Hoofdredacteur van L'opinion was E.Gressin-Dumoulinj tot de medewerkers behoorde o.a. L.Jacobs.

Precurseur, Le (° 1835 - ✝ 1914)

Antwerps liberaal dagblad.

Toekomst, De (° 1857 - ✝ 1898)

Maandschrift dat door J.M.Dautzenberg en J.F.Jacobs gesticht werd als "tijdschrift voor onderwijzers". Achtereenvolgens te Gent, Brussel, Antwerpen, Leuven en opnieuw te Gent uitgegeven, breidde het zijn interessesfeer uit tot het in 1894 "tijdschrift voor opvoeding en onderwijs, taal- en letterkunde, land- en volkenkunde, kunst en wetenschappen" werd, dat tweemaal per maand verscheen en een tijdlang elke maand in bijlage een exemplaar van Volkskunde van P.de Mont en A.de Cock bevatte. Het motto bleef doorheen de negen reeksen gelijk: "Onderwijs door de moedertaal". Vanaf 1879 propageerde het voornamelijk de liberale onderwijsopvattingen. Redacteurs waren o.a. A.Cornette, P.de Mont en A.de Cock.

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Volksbelang, Het (° 1867 - °)

Vlaams liberaal weekblad.

Zweep, De (° 1869 - ✝ 1958)

Strijdend liberaal weekblad.

Naam - instituut/vereniging

Nederlandsche Schouwburg Van Antwerpen (° 1853 - °)

Indextermen

Naam - instituut/vereniging

AMVC Letterenhuis
Bond der oudstudenten atheneum Brugge
Koninklijk Atheneum Brugge
Koninklijke Nederlandsche Schouwburg Antwerpen

Naam - persoon

Beer, Taco Hajo de
Benoit, Peter
Bom, Emmanuel de
Coopman, Theophiel
Daems, Servaas
Degive-LeDelier, Valentine
Delecourt, Victor Hubert
Droogenbroeck, Jan van
Fontaine, Henry
Groth, Klaus
Hansen, Constant Jacob
Henot, A.
Heremans, Jacob Frans Johan
Magnussen, Harro
Mathot, Lodewijk
Mont, Pol de
Obrie, Julius
Prayon-Van Zuylen, Alfons
Roersch, Ludovicus
Segers, Gustaaf
Sermon, Hendrik
Simons, Ludo
Snieders, August
Tannen, Karl
Te Winkel, Lammert Allard
Vleeshouwer, Albert de
Vries, Matthias de
Westervoort, Floris van
Willems, Pieter

Naam - plaats

Angers
Antwerpen
Brugge
Gent
Marseille
Tielt
Utrecht

Naam - uitgever

Kennes, H. en L.
Lannoo
Siffer

Titel - artikel

In memoriam Floris van Westervoort
Naklank op de Antwerpsche Klaus Groth-viering, Een

Titel - boek

Encyclopedie van de Vlaamse Beweging
Klaus Groth in zijn leven en streven als dichter, taalkamper, mensch, met reisverhaal en terugblik op de Dietsche beweging
Leven en streven van Dr. C.J. Hansen

Titel - evenement

Klaus Groth viering
Vijfjaarlijkse prijskamp der Nederlandsche letteren

Titel - gedicht

Mijn Moederspraak

Titel - krant/tijdschrift

Angers-Artiste
Belgisch Staatsblad
Berliner National-Zeitung
Bremer Courier
Brugsche Beiaard, De
Escaut, L'
Gazette artistique de Nantes, La
Koophandel van Antwerpen, De
Nederlandsch Museum
Opinion, L'
Phare de la Loire, Le
Précurseur, Le
Soleil du Midi, Le
Toekomst, De
Union Bretonne, L'
Union de l'Ouest, L'
Verslagen en Mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde
Vlaamsche School, De
Volksbelang, Het
Zweep, De

Titel - muziek

Mijn Moederspraak