Vermeylen was eind 1891 juist te laat om de tentoonstelling van Constantin Meunier voor de tweede maal te gaan bekijken. De tentoonstelling liep van 2 tot en met 27 december 1891 in de Galerie Moderne (Koninklijke Straat 180) te Brussel. Zie La Chronique van 2 en 26-27 december 1891. Voor zijn artikel had hij met de kunstenaar een onderhoud in diens atelier op donderdag 7 januari 1892 te Leuven. Tot 16 februari wordt er over dit artikel van Vermeylen geregeld geschreven in de hier gepubliceerde briefwisseling (zie brief 39). (Op 14 januari dacht Vermeylen er zelfs even aan om zijn artikel te splitsen (zie brief 14), maar dat is niet gebeurd.) Zie August Vermeylen, Constantin Meunier, in: De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 39-43. Het bevat twee illustraties: een portret van de kunstenaar, naar een kooltekening van zijn zoon Karl en een kooltekening (als buitentekstillustratie), met als titel 'Presseur de verre'. Het portret van Karl Meunier is hetzelfde (maar kleiner, en met enkel het hoofd) als datgene dat is opgenomen in Caprice Revue, II, nr. 72 (1889), p. 1. Daar draagt het de titel 'Constantin Meunier dans son atelier'. Het wordt er gevolgd door een bijdrage van E. Demolder ('Constantin Meunier', p. 2). In de brieven is nog enkele keren sprake van welbepaalde tekeningen die Constantin Meunier opstuurde, maar ze werden uiteindelijk niet opgenomen. Zie ook brief 216 (1891), noot 2 en noot 3. Zie ook brief 217 (1891), noot 1.
Toon volledige brief