Vermeylen schrijft nog over zijn roman aan
De Bom in
brief 142 (zie ook
noot 6). Daar vermeldt hij de titel:
Heimwee. Hij hoopt tegen einde 1892 met het werk klaar te komen. Er is echter geen roman
Heimwee verschenen, wel een korte bijdrage met die titel in
Van Nu en Straks (Eerste reeks, 1 (1893), p. 3-9.