Emmanuel de Bom en
August Vermeylen, die getracht hadden om in de redactie van
De Vlaamsche School een 'staatsgreep' uit te voeren, zijn van een kale reis thuisgekomen. Na moeilijkheden met
Max Roosens (n.a.v. het artikel van
Max Roosens en
August Vermeylen over
de XX) besloot
Vermeylen zich terug te trekken. Zo ook
De Bom. Daarop probeerden ze zich vast te nestelen bij
Dela Montagne en zijn tijdschrift
Nederlandsche Kunst- en Dichthalle aan te slaan. Dat is niet gelukt, omdat
J.M. Brans stokken in de wielen kwam steken, zie o.a.
brief 102, noot 2.
Rond deze tijd hadden ze dus in feite geen enkel tijdschrift waarin ze zich konden thuisvoelen. Het was dan ook hoog tijd om ernstig werk te maken van een eigen tijdschrift waarin ze zelf — als stichters — baas zouden zijn. De Bom publiceerde nog enkel een stuk over Arthur Briët in De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 181-183.