<Resultaat 1325 van 1419

>

LAEKEN 1C 10 IX 1913 21-22
CALMPTHOUT 11 IX 1913 5-6
Aan Manuël de Bom
Huize ten Heuvel
te
Calmpthout
(provincie Antwerpen)
 
Ondergeteekende (naam) Karel van den Woestyne
(stand)vastige vriend van Emmanuël de Bom-Aulit
wetenschappelijke titel: Ontgoochelde Gast[1]
(woonplaats) 24, Ste Annadreef, Laeken
wenscht , naar aanleiding van het TWEEDE VLAAMSCH PHILOLOGENCONGRES (5fr.),[2] Manuëll Attent te maken op de noodzakelijkheid, het comité van dat ding te wijzen op de merkwaardigheid, dat de "N[ieuwe Rotterdamsche Courant]" er vertegenwoordigd zal zijn door twee en misschien zelfs door drie correspondenten,[3] en dat dien te gevolge maatregelen dienen getroffen, waar ettelijke punten aan gezogen kunnen worden.
Karel van de Woestyne
De toetreders worden beleefd verzocht, tegelijk met hun toetreding, hun bijdrage (in postbon) op te sturen. Zij gelieven tevens in de inlichtingskaarten betreffende hun deelneming aan de feestelijkheden (zie verder) in te vullen en aan het Secretariaat te laten geworden.
Druk ELZE, Roode-Toorenstraat, 20, Gent.
Zal ik dat doen? Twintig jaar geleden was een der secretarissen niet veel minder dan mijn vriend.[4]

Annotations

[3] Van de Woestijne bedoelt behalve zichzelf ook De Bom en wellicht Johan de Meester.
[4] De secretarissen in 1913 waren Désiré Steyns en Jozef Goossenaerts, en Van de Woestijne alludeert hier op de eerste, die later in een brief aan Paul van de Woestijne schreef dat 'het leven' hem van diens vader had gescheiden, 'en slechts van verre kon ik zijn schitterende ontplooiing volgen. Een gelukkig toeval wilde dat gij, Paul, zijn geliefde zoon, mijn leerling werd te Oostende, en dat ik daardoor opnieuw het voorrecht genoot in nadere betrekking te komen met Vlaanderen's grooten dichter'. (Letterenhuis W803/B2+B3, 127214/35)

Register

Naam - persoon

Meester, Johan de (° 1860 - ✝ 1931)

Prozaschrijver en journalist. Tussen 1886 en 1891 was hij vanuit Parijs correspondent voor het Handelsblad, om vervolgens tot 1927 als criticus te werken voor de Nieuwe Rotterdamsche Courant. Het proza van De Meester (o.m. Een huwelijk, 1890 – Zeven vertellingen, 1899 – Louise van Breedevoort, 1903 en Geertje, 1905) is vaak neerslachtig van toon.

Woestijne, Paul van de (° 1905 - ✝ 1963)

Zoon van Karel van de Woestijne, die na zijn proefschrift als specialist in middeleeuws Latijn aan de universiteit van Gent verbonden was.

Titel - krant/tijdschrift