<Resultaat 386 van 1419

>

[1]
Waarde Vriend
Het artikel uit de Vl[aamsche] School[2] had ik niet gelezen en heb ik nog niet gelezen. Maar uwe kaart [3] heb ik wel gelezen en ik dank u voor de goede meening die ik u schijn ingeboezemd te hebben.
Wat uw aanbod betreft,[4] zoo moet ik zeggen dat ik niet denk de man te zijn om kunstkritiek te oefenen.[5] Smaak, heb ik, geloof ik, genoeg; maar om de pretentie te hebben van een schilder te beoordeelen, daarvoor hoeft wat meer: er is ook een groote technische kennis noodig, die ik niet bezit. Over letterkundige onderwerpen schrijven, (dat meent gij toch met Maeterlinck? of meent ge den schilder[6] uit Gent?) dat zou ik wel kunnen doen: immers, letterkunde en de studie daarvan, dat is het zeil waaronder ik vaar. Maar, mij te verbinden om geregeld artikels te zenden, dat is weer wat moeilijker; ik heb tegenwoordig zeer veel werk en kan mij moeielijk aan iets nieuws verbinden. Overigens ik weet volkomen dat ik mij zou moeten verbinden; maar waartoe ik dat moet doen, zegt ge mij niet. Welke zouden mijne plichten zijn? enz.enz.
Ga u ook niet inbeelden, jongen, dat ik voornemens ben een letterkundige baan te beginnen: Jan Knops heeft wel hier en daar iets begaan voor den Almanak van 't Z[al Wel Gaan],[7] maar binnen kort zal Jan Knops dood zijn, reeds is hij geen student meer. En God weet of er later in den taalkundige M[aurits] Basse nog iets overblijft van Jan Knops. De wetenschap is mijne baan, vriend, en de rest is voor mij [2] slechts uitspanning, die tegelijker tijd moet dienen om aan mijn vrienden redakteurs van den Almanak een dienst te bewijzen: ze geraken zoo dood moeielijk aan kopij! Nochtans wil ik wel van tijd tot tijd, als vrij amateur, iets in de Vl[aamsche] School schrijven als gij dat zoo wilt: maar niet geregeld he? en zonder eenige verbintenis aan te gaan.
Julius (en niet Jan) Pée is een ernstige jongen; dat kunt ge merken uit de reeks artikelen over Multatuli's brieven die hij in het Nederlandsch Museum heeft geschreven.[8] Van Werveke, ken ik niet;[9] geen enkel 't Zal wel Ganer van dien naam is mij bekend, Uw broer[10] zal u slecht ingelicht hebben. Is het een der Almanakredacteurs die ge meent? Zoo ja, zend mij zijn pseudoniem en ik zend u zijn naam.
De naam van Outis is Willem Duflou, en niet de Flou.[11]
Uw
M[aurits] Basse
Egmondstr. 22.

Annotations

[1] Deze brief werd geschreven in 1892, zoals blijkt uit de inhoud. August Vermeylen en Emmanuel de Bom zochten jonge medewerkers voor het bijblad van De Vlaamsche School. Zie ook de brieven van Leo Simons en August Vermeylen aan De Bom uit de eerste maanden van 1892. In brief 53 schrijft Vermeylen dat ook jongeren als Sabbe, Outis en Basse zouden moeten meedoen. Zie ook de brieven van Duflou aan De Bom; brief 43 en brief 56. Er verscheen uiteindelijk niets van Basse in het bijblad van De Vlaamsche School.
[2] Waarschijnlijk het artikel over Als Ik Kan, waarmee de jaargang 1892 werd geopend.
[3] Niet teruggevonden.
[4] Nl. om mee te werken aan De Vlaamsche School.
[5] Er verscheen geen enkele door Basse ondertekende bijdrage in De Vlaamsche School in 1892.
[6] Historie- en portretschilder Louis Maeterlinck.
[7] Van Basse verschenen in de Gentsche Studentenalmanak uitgegeven door het Taalminnend Studentengenootschap "'t Zal Wel Gaan" (Gent, XXXII, 1892) de volgende bijdragen onder Basses pseudoniem Jan Knops: 'Van eene ster' (gedicht, p. 8-11), 'Liefdegeschenk' (gedicht, p. 60-61) en 'Pet, pijp en schaats' (proza, p. 75-98). In de almanak van het volgende jaar (XXXIII, 1893) verschenen onder hetzelfde pseudoniem 'Jan Joris Mulder' (proza, p. LXVI-LXIX) en 'Op de Lei' (proza, p. 13-28).
[8] Van Julius Pée verschenen enkele bijdragen, alle onder de titel 'De brieven van Multatuli' in: Nederlandsch Museum. Tijdschrift voor letteren, wetenschappen en kunst. Zie de IVde r., I, 1ste afl., XXXIIIste dl. (1891), p. 370-385; IVde r., I, XVII, XXXIVste dl. (1891), p. 39-53/ 107-116/148-160; IVde r., II, XVIII, XXXVste dl. (1892), p. 263-282.
[9] Alfons van Werveke werd niet teruggevonden op de studentenrol van de Rijksuniversiteit te Gent.
[10] Joris de Bom.
[11] Guillaume Duflou was door De Bom gevraagd om mee te werken aan De Vlaamsche School. Zie brief 43, noot 1.

Register

Naam - persoon

Basse, Maurits (° Ledeberg, 1868-09-05 - ✝ Gent, 1944-02-18)

Leraar en (literair-)historicus.

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Bom, Georgius Franciscus De (gen. Joris) (° Antwerpen, 1866-06-03 - ✝ Antwerpen, 1926-11-10)

Broer van Emmanuel. Onderwijzer, componist en dirigent.

Gehuwd met Louisa Theresia Joris op 11/08/1892.

Duflou, Guillaume (° Gent, 1869-02-11 - ✝ Brussel, 1939-09-03)

Leraar en hoogleraar.

Behaalde in 1891 het doctoraat Germaanse Filologie aan de RUG. Gaf een tijd les aan een Atheneum en werd daarna hoogleraar aan de ULB, sectie Germaanse Filologie, waar hij in 1924 de kursus van A.Vermeylen overnam.

Maeterlinck, Louis (° Gent, 1846-08-22 - ✝ Gent, 1926-06-03)

Historie- en portretschilder. Kunsthistoricus. Broer van Maurice.

Sabbe, Maurits (° Brugge, 1873-02-09 - ✝ Antwerpen, 1938-02-12)

Leraar, schrijver en historicus.

Zoon van Julius Sabbe.

Simons, Leo Mz (° Den Haag, 1862-08-01 - ✝ Rotterdam, 1932-06-11)

Auteur, uitgever (Wereldbibliotheek) en Vondelkenner.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Werveke, Alfons Karel Van (° Gent, 1860-08-12 - ✝ St.-Denijs-Westrem, 1932-10-21)

Historicus.

Was onderwijzer, archiefbediende, en tenslotte conservator van de Gentse musea en historische monumenten. Schreef o.m. Bijdragen tot de geschiedenis in de oudheidkunde van Vlaanderen en Register der Gentsche stadsen baljuwsrekeningen 1280-1336 (bezorgd door J.Vuylsteke). Over zijn studies kon niets worden teruggevonden.

Titel - krant/tijdschrift

Nederlandsch Museum (° 1874 - ✝ 1894)

Gents liberaal tijdschrift.

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Naam - instituut/vereniging

Als Ik Kan (° 1883 - ✝ 1950)

Antwerpse kunstkring.

Werd opgericht door een aantal jonge kunstenaars, die via groepstentoonstellingen hun werk een ruimere bekendheid wilden geven. Stichters waren F. Hanno, P. de Wit, F. Adriaenssen, Ch. Bolland, L. Brunin, E. Chappel, J. Rosier, H. Rul en H. van de Velde. Onder het voorzitterschap (vanaf 1 januari 1890) van H.Luyten, die ook het grote groepsportret Een zitting van de kunstkring Als ik kan 1885 schilderde, traden nog enkele talentrijke jongeren toe (onder wie K. Mertens, R. Baseleer, E. Larock en V. Hageman). De manifestaties van de kring werden o.m. door VS, het leidinggevende kunsttijdschrift uit die tijd, met welgemeende belangstelling gevolgd. Rond de eeuwwisseling echter verloor de groep zijn élan en verschoof naar de achtergrond van het artistieke leven, om rond 1950 te verdwijnen.

Zal Wel Gaan, 't (° 1852 - °)

Gebruikelijke benaming van de Gentse studentenvereniging Taalminnend Studentengenootschap. Vlaamsgezind en vrijzinnig.