<Resultaat 901 van 1419

>

STADSBOEKERIJEN
Hooggeachte Heer,
Laat mij toe U hartelijk te bedanken voor uw zoo vriendelijk schrijven. Ik verzocht de directie van de Haarl[emsche Courant] U de beide n[umme]rs op te zenden waarin ik over uw onderneming sprak.[1] Ik durf hopen, dat U niet euvel zult nemen de vrijheid die 'k nam uit uw brief eenige regelen over te drukken.
Op zeer toevallige wijze heb ik vernomen, dat het bericht der Wagner-uitvoeringen in Nederland opgang maakt. 't Maakt de ronde der pers (o.a. zag ik het overgedrukt in de Rotterd[amsche] Courant),[2] maar dit feit is typisch:
de hr. Smeding, directeur van de Nederl[andsche] boekhandel — een jong en heel ondernemend man — was even in Leeuwarden — 't noorden van Friesland — de feste Burg van den oud-Frieschen adel. Een "freule" vroeg hem, of 't bericht in de Haarl[emsche Courant], dat zij hem toonde, volgens hem echt was. Hij zou erover informaties nemen; toevallig vroeg hij mij 't eerst er naar; — ik kon hem dus geruststellen en sprak hem van uw brief en mijn tweede correspondentie over dit onderwerp.
Toen vertelde hij me, dat die dame hem verzocht, in geval de zaak doorging, voor haar en vier harer familieleden een eerste plaats te bespreken en een pension voor een maand in Antwerpen te willen voorbehouden.
Dit feit is meer belangrijk, door wat het voorspelt, als uit zichzelve. Het toont dat de Hollanders, die voor Kunst wat over hebben, met veel belangstelling naar hier denken te komen.
Nu is alleen de quaestie, die belangstelling wakker te houden. Daarvoor zal ik, zooveel ik kan, zorg dragen. Wanneer ik nu alleen weet dat de onderneming bepaald doorgaat dan vorm ik met mijn vrienden 't Comité, waarvan ik U sprak,[3] en de Hr. Smeding heeft me verzekerd, [2] dat hij gaarne aan alle Noord-Nederlanders die hierheen komen willen, de noodige inlichtingen over verblijf etc. ook over datum en derg[elijke] der uitvoeringen, verstrekken zal.
Zooals U ziet, hooggeachte Heer, zou er voornamelijk in Holland veel voor uw onderneming te doen zijn.
Ik dank U nogmaals voor uw beminnelijk schrijven, en hoop dat U me tijdig zult inlichten wanneer U iets met zekerheid weet. Voor 't overige sta ik gaarne te uwer beschikking.
Hierbij voeg ik het naamkaartje van den h[ee]r Smeding, die mij verzocht het U te overhandigen.
Ik ben,
met de meeste hoogachting
Uw d[ienst]w[illige dienaar]
E[mmanuel ]d[e ]B[om]
Dahliastr[aat]Antw[erpen]

Annotations

[1] In de Oprechte Haarlemsche Courant, 246 (19 oktober 1893), p. 5 en 254 (28 okt. 1893), p. 1, verschenen niet-ondertekende "particuliere correspondenties" over de geplande Wagner-voorstellingen ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van Antwerpen in 1894. Het laatste artikel is een verslag van De Boms 'interview' met Van Dijck (zie brief 261). Van November 1893 tot november 1894 verschenen van De Bom maandelijks een of meerdere correspondenties over de opbouw en het verloop van de Wereldtentoonstelling.

Register

Naam - persoon

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Titel - krant/tijdschrift

Nieuwe Rotterdamsche Courant (° 1844 - °)

Liberaal dagblad, na fusie in 1970 NRC-HANDELSBLAD.

Oprechte Haarlemsche Courant, De (° 1847 - ✝ 1941)

Nederlands dagblad met zeer oude traditie. Werd in 1656 gesticht door Abraham Casteleyn als Weeckelijke Courante van Europa. Werd twee jaar later Haarlemsche Courant, waaraan in 1664 het woord Opregte werd toegevoegd. Pas vanaf de 19de eeuw (1847) verscheen het als dagblad. Omstreeks 1890 behoorde het tot de meest gelezen kranten van Nederland, grotendeels omwille van de rubriek familieadvertenties, wat de krant ook de naam "dameskrant" opleverde. Smolt in 1941 samen met Haarlems dagblad onder de naam Haarlemsche courant.

Naam - instituut/vereniging