<Resultaat 1293 van 1419

>

dringend
Karel, jong,
Ik krijg daareven een briefje van een Mev. Z. Kotchetkow, rue Lens, 16, Elsene, die me vraagt a.s. Zondag 17n te 10 1/2 u. 's m[orgens] in de Bergstraat 4 te Brussel te willen een vergadering van Buitenl[andsche] correspondenten in België bijwonen. Gaat gij daar naartoe? Weet g'er wat van? Laat me dan onmiddellijk 't fijne weten. — Eigenlijk zou ik dien dag te 10 u. en ook te 2 u. moeten vergaêren bij de boek-wurmen in de Bibliotheek te Brussel! — Een Salomo's oordeel. — Vermoedelijk zal ik naar geen van beiden gaan — tenzij gij me — op een objectieve manier — weet te bewijzen, dat ik er Nora alweer een dag voor alleen mag laten! —
De nieuwe taak heeft voor haar menige opoffering meêgebracht:[1] 't is gelukkig maar een overgangsperiode, hoop ik.
Ik blijf u een brief schuldig. E[ugène] de Bock die van Nieuwjaar af aan de Bibl[iotheek] wordt gehecht is een zeer knappe jongen,[2] die aan de Beweging goed proza heeft gegeven.[3] Hij heeft nu al een stuk over uw jongste boek geschreven, dat voor De Ploeg is bestemd.[4] Laat v[an Dishoeck] hem nu spoedig een recensie-ex[emplaar] sturen.[5]
Laat u een gauw horen? —
Morgen moet ik naar Gent! Met Max R[ooses] ---
Adé Ihr dreien,
eulder
Manuel
(die in den Gids las die diepe, mooie verzen van-je...) en die Vlieg-verzen in Elsevier... wat 'n productie. En wat een kracht.

Annotations

[1] 'De nieuwe taak': de benoeming van De Bom als hoofdbibliothecaris van Antwerpen. Zie brief 316, noot 2.
[2] Op 1 januari 1912 trad Eugène De Bock in dienst als klerk van de Antwerpse stadsbibliotheek.
[3] De Bock publiceerde in De beweging (het tijdschrift van Albert Verwey) enkele voorpublicaties van Jeugd in de stad, zijn debuutroman die door de oorlog pas in 1918 zou verschijnen.
[4] De tekst voor De Ploeg is niet teruggevonden.
[5] De Bom had er blijkbaar weinig vertrouwen in dat Van de Woestijne ook echt aan Van Dishoeck zou schrijven. Dezelfde dag liet hij per brief aan De Bock weten: 'Bij v[an de Woestijne] heb ik aangedrongen, dat hij aan v[an Dishoeck] zou schrijven; maar dat zal hij wel vergeten... Schrijf dus zelf maar; laat me echter eerst uw stukje lezen' (Letterenhuis B708, kopieboek 3, p. 472).

Register

Naam - persoon

Bock, Eugène de (° 1889 - ✝ 1981)

Vlaamsgezinde schrijver die vanaf 1912 in de Antwerpse stadsbibliotheek werkte. In 1919 stichtte hij uitgeverij De Sikkel.

Bom-Aulit, Eleonora (Nora) de (° 1879 - ✝ 1955)

Na een kortstondige relatie met Lode Ontrop huwde ze op 24 augustus 1901 met Emmanuel de Bom. Door haar permanent wankele gezondheid en de hoge mate waarin ze beïnvloed was door de (waan-)ideeën van 'waterdokter' Alwyn van Son, bleef het huwelijk echter 'in alle betekenissen van het woord onvruchtbaar'.

Dishoeck, Cornelis Anthony Jacobus van (° 1863 - ✝ 1931)

Nederlandse uitgever die niet alleen het tijdschrift Vlaanderen, maar ook tien boeken van Van de Woestijne heeft uitgegeven. Ze maakten in augustus 1899 kennis met elkaar tijdens het 25ste Taal- en Letterkundig Congres. Hun correspondentie werd in 1997 door Leo Jansen en Jan Robert uitgegeven onder de titel 'Altijd maar bijeenblijven'. Brieven aan C.A.J. van Dishoeck, 1903-1929.

Kotchetkova, Z.

Secretaresse van de Association de la Presse Etrangère in Brussel.

Rooses, Max (° 1839 - ✝ 1914)

Liberale flamingant. Hij was de eerste conservator van het Museum Plantin-Moretus. Als 'eerste Vlaamse kunsthistoricus' publiceerde hij enkele belangrijke werken over Plantin en Rubens.

Verwey, Albert (° 1865 - ✝ 1937)

Nederlandse dichter en essayist die in 1885 met enkele gelijkgezinden De Nieuwe Gids oprichtte. Vier jaar later verliet hij de redactie om samen met Lodewijk van Deyssel in 1894 het Tweemaandelijksch Tijdschrift voor letteren, kunst, wetenschap en politiek op te richten. Dat blad werd in 1902 omgedoopt in De xxe Eeuw, waar Verwey in 1904 uitstapte om alweer een nieuw blad op te richten, m.n. De Beweging, algemeen maandschrift voor letteren, kunst, wetenschap en staatkunde.

Titel - krant/tijdschrift