<Resultaat 1375 van 1419

>

[GEN]T 3 GAND 3 27 II 1926 10-11
Exp[éditeur]: "la Frondaie", Zwijnaarde-Gent.
Den Heer en Mevr. Emm. de Bom
Huize ten Heuvel
te
Calmpthout
prov[incie] Antwerpen
 
Beste Vrienden,
Met een echte vreugde hebben wij de reïntegratie van Manuel in zijn ouden burcht vernomen.[1] Wij stellen ons voor met welk plezier hij er den vetten schim van den ouden Hansen en de... herinneringen of gedenkteekenen van Gittens (Frans) zal terugvinden,[2] zonder den naijver ditmaal van... maar: van de dooden niets dan goed.[3] Moge ik er u terugvinden als zoo dikwijls, o Mane, bij den middagboterham en de flesch cacao, tot bij het einde van nog lange dagen.
Doch, er is iets anders.
Ik heb onrechtstreeks vernomen dat de "Zevenslag" zijn eigen heeft afgeslagen.[4] Of ziet gij nog steeds, misschien vernieuwde, kansen? Zooniet: stuur mij dan, nietwaar, mijn Van Langendonckje terug. Ik hecht aan dat stukje, dat ik misschien nog wel eens kan gebruiken.[5]
Mariette en de kinderen zeggen proficiat, met heele mondsvullen. Zij en ik zenden Nora en u het allerhartelijkste.
Valete!
Uw
Karel

Annotations

[1] Na zijn ontslag als stadsbibliothecaris was De Bom op 4 augustus 1919 vervangen door Leopold Jacobs. Na diens overlijden in november 1925 lag de weg voor De Bom open om in ere te worden hersteld en opnieuw de leiding te krijgen over de Antwerpse stadsbibliotheek. Op 1 maart 1926 trad hij opnieuw in dienst.
[2] Van de Woestijne bedoelt Constant Hansen en Frans Gittens, twee voorgangers van De Bom in de stadsbibliotheek.
[3] De 'dode' die hier wordt bedoeld, en van wie de naam door het beletselteken is vervangen, is wellicht Marten Rudelsheim, met wie De Bom in de loop van zijn carrière meermaals in conflict was gegaan, en die in 1920 gestorven was.
[4] 'Zevenslag': Van de Woestijne bedoelt het geplande tijdschrift, dat uiteindelijk niet zou verschijnen. Zie brief 398, noot 4.
[5] Van de Woestijne had voor het geplande weekblad (zie brief 398, noot 4) een bijdrage over Prosper van Langendonck geschreven. Het opstel is verschenen in het tweede deel van De schroeflijn (1928).

Register

Naam - persoon

Bom-Aulit, Eleonora (Nora) de (° 1879 - ✝ 1955)

Na een kortstondige relatie met Lode Ontrop huwde ze op 24 augustus 1901 met Emmanuel de Bom. Door haar permanent wankele gezondheid en de hoge mate waarin ze beïnvloed was door de (waan-)ideeën van 'waterdokter' Alwyn van Son, bleef het huwelijk echter 'in alle betekenissen van het woord onvruchtbaar'.

Gittens, Frans (° 1842 - ✝ 1911)

Toneelschrijver, journalist en liberaal gemeenteraadslid in Antwerpen. Hij was bibliothecaris van de Antwerpse stadsbibliotheek tussen 1903 en 1911, en was in die hoedanigheid de onmiddellijke voorganger van De Bom.

Hansen, Constant Jacob (° 1833 - ✝ 1910)

Letterkundige van Nederlandse afkomst die in 1866 'onderboekwaarder' der Volksboekerij en in 1873 'hoofdboekwaarder' van de stad Antwerpen werd, en dus een voorganger van De Bom was. In 1903 ging hij als bibliothecaris met pensioen.

Langendonck, Prosper van (° 1862 - ✝ 1920)

Medestichter van Van Nu en Straks die jarenlang als ambtenaar in Brussel heeft gewerkt. In de redactie van dat tijdschrift was hij de enige katholieke redacteur. Hij was ook ouder dan de anderen. Daardoor fungeerde hij min of meer als hun mentor. Als overgangsfiguur stimuleerde hij hun literaire vernieuwingsdrang, maar vestigde hij ook hun aandacht op het grote talent van enkele voorgangers, zoals Guido Gezelle. Hij publiceerde slechts één bundel romantische gedichten, Verzen (1900). De Bom en vooral Van de Woestijne koesterden een grote bewondering voor hem. Die bewondering nam niet af, ook niet toen Van Langendonck steeds heviger verschijnselen van (erfelijke) schizofrenie begon te vertonen.

Rudelsheim, Marten (° 1873 - ✝ 1920)

Correspondent van De Nieuwe Courant uit Den Haag, medewerker van Den Gulden Winckel en werkzaam in de Antwerpse Stadsbibliotheek, waardoor hij dus een collega was van De Bom.

Woestijne-Van Hende, Maria (Mariette) van de (° 1884 - ✝ 1968)

Echtgenote van Karel van de Woestijne. Ze trouwden op 13 februari 1904 en kregen samen een zoon (Paul) en een dochter (Lily). Dochter van een echtpaar dat in het centrum van Gent een zaak had waar spiegels werden gemaakt en verkocht.