<Resultaat 409 van 1419

>

Houwe,
Uw brief ontmoedigt me. En ik had u in mijn laatste schrijven wat geestdrift gevraagd![1]
Gij voelt "onbevredigde onbepaalde verlangens". Zijn die wel zoo onbepaald als ge zegt? Zijn het geen herinneringen aan een vroeger — en trouwens twijfelachtig — geluk? Ik wed dat ge weer aan... C(ircé) denkt. Ofwel lijdt ge maar aan een gewone verveling van niets-doener. Of komen die "onbepaalde verlangens" niet voort uit uw lang vasten?
In ieder geval, wat men zeer klaar kan lezen in uwen brief, dat is dat ge niet werkt. Werken is het hoogste genot. Ik ben nu zeer gelukkig omdat ik veel werk. Ik durf u geen ander geneesmiddel aanduiden, want ge zoudt weeral zeggen dat ik een cynieke kerel ben.
Wat me verveelt, dat is dat ge altijd spreekt van De Vrouw. Waarom moeten wij zooveel gewicht hangen aan dat schepsel? "De vrouw die me daaruit zal kunnen opwekken zal ik misschien nog kunnen beminnen?" Dat schrijft ge me! Wacht ge dan naar een vrouw om u te redden? Maar de kunst, smeerlap, de Kunst, dat kan ons altijd opbeuren en verzuiveren en alles doen vergeten. Begrijp toch dat gij niet geboren zijt om heel uw jeugd door te tobben en te verkwisten in onbeduidende minnerijtjes.
Gij zijt nog zoo een kind, Mane! Zoo een spontaan en receptief hart!
Ge zegt nu dat ge niemand meer ziet. Waarom? Geloof me, werp u voor eenigen tijd in een woelig en op-hol-rennend [2] leven. Dat zal u misschien goed doen. En vooral, tracht te leven in de werkelijkheid. En beschouw van heel hoog die onverschillige en "lamme geschiedenissen" waarvan ge spreekt. En liever dan in zulke nietjes een overgroot belang te stellen, werp "uw twintig jaar weg op den mesthoop van 't botte genieten" (netjes gezegd, recht als in een prozadicht). Op dien mesthoop, ten minste, zult ge geen stukje van uw ziel laten liggen!
Zijt ge klaar met uw artikel over Extaze?[2] Verschijnt de Vl[aamsche School] maar in April??
En óns blad, denkt ge er niet meer aan? Ik heb al de gedichten van V[an] Langendonck gelezen. Bekijk eens, in de Ned[erlandsche] Dicht- en K[unst]halle, jgg 1887, b[lad]z[ijde] 512, een klinkdicht (zonder titel)[3] en jgg. 1888, b[lad]z[ijde] 426: 'k ben vreemd te moede.[4] In ónze taal heb ik geen gedichten gelezen dat met deze twee kan wedijveren.
Hebt ge nog iets ontvangen van Simons? Ik niet. "La Dupe" van Ancey, was maar middelmatig.[5] De rest is veel beter, schijnt het.
Ik heb geen lust meer om in de Vl[aamsche School] te schrijven. Buiten mijn artik[el] XX[6] zult ge misschien niets meer ontvangen. Houdt ge veel aan het letterk[undig] bijblad?[7] Ik zie er het nut niet van[.] Het zal niet "bommend" genoeg zijn, zal geen scherp afgeteekend karakter hebben. We zullen de Vl[aamsche School] toch nooit kunnen vervormen.
Nog eens, spreek van ons blad aan de oprechten.
Gust

Annotations

[1] Zie brief 58, excipit.
[2] Er verscheen geen artikel van De Bom over Couperus' Extaze in De Vlaamsche School.
[3] Vermeylen bedoelt het sonnet (zonder titel) waarvan de eerste regel luidt: ' 'k heb u in smert gebaard en toch omvangen'. Het is het laatste van twee gedichten die onder titel 'Zomerschenacht' door Prosper van Langendonck gepubliceerd werden in Nederlandsche Kunst- en Dichthalle, X (1887-1888), p. 511-512. Het hier bedoelde sonnet staat op p. 512.
[4] Prosper van Langendonck, 'Gedichten', in: Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle, XI (1888-1889), p. 426-427. Onder deze hoofding staan twee gedichten, waarvan het eerste getiteld is: ' 'k ben vreemd te moede'... (gedateerd april 1888) p. 426, en het tweede: Twee Sonnetten (gedateerd november 1888), p. 426-427.
[5] Dat was een van de stukken die door het Théâtre-Libre in Brussel werden opgevoerd. Ze worden allemaal opgesomd in brief 58.
[6] August Vermeylen, 'De XX te Brussel', in: De Vlaamsche School nr., V (1892), p. 73-75.
[7] De Vlaamsche School nr., V (1892)65-72.

Register

Naam - persoon

Bom, Emmanuel Karel De (° Antwerpen, 1868-11-09 - ✝ Kalmthout, 1953-04-14)

Bibliothecaris, journalist en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Nora Aulit op 24/08/1901 in Antwerpen.

Gaesch, Clara Joanna Maria (° Königsberg (Pruisen; thans Kalingrad, USSR), 1866-02-23 - ✝ – Antwerpen, 1895-03-14)

Cafézangeres.

Was ongehuwd en werkte tot 1891 in The Music Hall aan het Falconplein. Op het ogenblik dat ze een relatie had met Emmanuel de Bom, verwachtteze een kind, dat in 1895 een tijdlang bij De Boms zuster Jeanne werd opgenomen. Een zuster van Clara, Augusta, werkte ook als zangeres in de Statiestraat en zou in 1895 in Kopenhagen hebben verbleven. Clara's laatste adres was Dambruggestraat 85, Antwerpen.

Langendonck, Prosper Antoine Joseph Van (° Brussel, 1862-03-15 - ✝ Brussel, 1920-11-07)

Schrijver en ambtenaar. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Op 23/12/1899 gehuwd met Adèle Wouters.

Mathevon De Curnieu, Georges-marie (° Parijs, 1860 - ✝ Parijs, 1917)

Eigenlijk: Georges-Marie Mathevon De Curnieu

Schrijver van toneelstukken die in hun tijd heel wat opschudding veroorzaakten. Bekend van hem zijn de bittere komedie L'Avenir (1899) en het sterk antiklerikale Ces messieurs (1901) dat door de censuur verboden werd. Het Théâtre Libre bracht van hem stukken van naturalistische aard.

GL. LR. Thieme.

Simons, Leo Mz (° Den Haag, 1862-08-01 - ✝ Rotterdam, 1932-06-11)

Auteur, uitgever (Wereldbibliotheek) en Vondelkenner.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Titel - krant/tijdschrift

Nederlandsche Dicht- En Kunsthalle (° 1878 - ✝ 1897)

Cultureel maandblad.

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Naam - instituut/vereniging

Theatre-libre (° 1887 - ✝ –, 1896)

Parijs theater.

Werd opgericht door A.Antoine, die vernieuwing wou brengen in het in conventies vastgelopen Parij se schouwburgleven. Het specialiseerde zich in het brengen van niet eerder vertoonde of weinig gekende stukken hetzij van buitenlanders (b.v. Tolstoj, Toergenjev, Ibsen, Strindberg), hetzij van eigen jonge debuterende auteurs of van auteurs uit de naturalistische school, van wie het werk elders niet aan bod kwam. Behalve een afwijkend repertoire, hield Antoine er ook eigen regieopvattingen op na: zo moesten zijn acteurs alle rollen spelen (i.t.t. de officiële theaters waar men typerollen speelde) en moesten hun kostumering, spel en diktie zo natuurgetrouw mogelijk zijn. Het Théâtre-Libre kende onmiddellijk grote bijval. Zijn faam verspreidde zich snel over Europa, zodat nog voor het einde van de eeuw op verschillende plaatsen gelijkaardige theaters werden opgericht, zo o.m. te Berlijn en Zürich (Die Freie Bühne) en te Londen (The Independent Theatre). In 1896 werd het door Antoine zelf omgevormd en herdoopt in Theâtre-Antoine, dat - zij het met meer omzichtigheid en zin voor zakelijk succes - de traditie van het Théâtre-Libre voortzette.

Vingt, Les (° 1884 - ✝ 1894)

Brusselse avant-gardistische kunstkring.