<Resultaat 433 van 1419

>

Waarom zijt-de stom geworden? Schrijf me eens sappige dingen.
Ik heb uwen brief-aan-Jaak gelezen, en vernomen met onstuimige blijdschap dat ik u hier zou hebben den 30 April,[1] met al de Als-ik-Kanners. Dien dag zal er gebanketteerd en getwist worden dat het er zal stuiven. Dien dag moeten we allen zeer Ravachol-achtig zijn. Dien dag moeten we volstrekt eenige burgers, Tsjoenen en Tschoentjes, opeten.
Ernstig gesproken kunnen we den 30 April (of den 1 Mei: anti-burgerlijke betooging!), in de Mainzer-Grotte, bij den echten Moezel, — smaragd versmolten in een topazen meer — allen gelijk over ons zaken praten?[2] Moeten we niets comploteeren met Toon v[an] Welie?[3]
Donderdag moet ik bij Dwelsh[auvers] dineeren met Er[asme] Raway en Em[iel] Verhaeren. Dat zal een pleizierige avond wezen.[4]
Ik heb het eerste gedeelte van mijn artikel aan Buschmann gestuurd,[5] met een brief. Hij heeft me geantwoord dat hij heel graag een radikale linkerzij in de Vl[aamsche School] behield, maar dat we zijn tijdschrift niet mochten verlagen tot een strijdblad. Die brief is opgeluisterd door vier taalfouten en één — maar één grove, zeer grove — stupiditeit, die 'k u lezen zal. Hij laat mijn artikel drukken indien ik er den strijdlustigen nijd uitlaat. Ik kan maar 5 regels uitschrabben, of anders houdt de rest niet meer aan een. Indien hij met die kleine verminking tevreden is, goed. Ik wacht zijn antwoord af. Ik heb hem gezegd dat we in òns land niet luid genoeg de waarheid konden uitroepen, en dat we de gedachten in het brein van 't publiek moesten hameren. Wat zullen we al die kerels naar de maan zenden! Zij zijn het zelfs niet waard, dat men met hen polemiseert. Fourtt!!...
Zend me een brief, of ik hang mij op.
G[ust]

Annotations

[1] Op 30 april zou de tentoonstelling 'Antwerpen-Brussel' geopend worden in Brussel in het Modern Museum. Ze was ingericht op initiatief van 'Als Ik Kan' en zou lopen tot 6 juni. In het kader van de tentoonstelling werden tevens voordrachten in het museum en concerten in de Muntschouwburg georganiseerd. Zie Mephisto, XVII, 30 (23 april 1892) 2, A en 31 (30 april 1892), p. 2. Zie ook brief 56bis, noot 3.
[2] Over de oprichting van een nieuw tijdschrift.
[3] Vermeylen was van plan om Toon van Welie te betrekken bij de oprichting van een tijdschrift, zoals ook blijkt uit brief 58, noot 2, en brief 65, noot 10.
[4] Donderdag 14 april. De aanwezigen waren: August Vermeylen, Jacques (en Georges?) Dwelshauvers, (August Ernest) Victor Dwelshauvers, Emiel Verhaeren en Erasme Raway. Zie brief 85.
[5] Het artikel over de Tentoonstelling van de XX, opgenomen in De Vlaamsche School, nr. V (1892), p. 73-75.

Register

Naam - persoon

Buschmann Sr., Paul (° Antwerpen, 1816-01-01 - ✝ Antwerpen, 1909-11-20)

Drukker-uitgever.

Lid van de Liberale Vlaamsche Bond, waarvan hij afgevaardigde was in de Provincieraad. Nam van 1870 af samen met zijn broer Gustave de leiding waar van de drukkerij-uitgeverij van zijn vader J.-E. Buschmann († 1853). Gaf o.m. VS uit, dat hij na de dood van D.van Spilbeeck (1877) tot 1896 samen met P.de Mont ook leidde; ook de tweede reeks van Van Nu en Straks (1896 - 1901) nadat hij reeds in 1892 het prospectus voor de eerste reeks had gedrukt, werd door zijn persen verzorgd. Zijn uitgaven, vaak met bibliofiele waarde, bezorgden hem de faam op het einde van de 19de eeuw van Antwerpen een middelpunt van drukkunst te hebben gemaakt.

Dwelshauvers, Georges (° Brussel, 1866-09-06 - ✝ Parijs ?/?/, 1937)

Filosoof.

Broer van Jacques Dwelshauvers. Studeerde aan de ULB. Verbleef lange tijd in Duitsland waar hij leerling was van W. Wundt (deed o.m. filosofie aan de universiteit van Heidelberg van april 1891 tot het eind van het zomersemester). Werd in 1892 te Brussel speciaal doctor in de wijsbegeerte met zijn thesis Les principes de l'idéalisme scientifique, nadat een eerste proefschrift Psychologie de l'apperception et recherches expérimentales sur l'attention. Essai de psychologie physiologique. gebaseerd op zijn onderzoekingen in het laboratorium voor experimentele psychologie van W. Wundt, op principiële gronden was geweigerd. Was achtereenvolgens hoogleraar aan de ULB (1893-1918), aan de Catalaanse Universiteit te Barcelona (1918-?) en aan het Institut Catholique te Parijs (vanaf 1925). Publiceerde studies over J. Lagneau, H. Bergson en F. Nietzsche. Interesseerde zich ook voor het toneel wat zich uitte in studies over H. Ibsen, een vertaling van Goethes Iphigenies (1903) en een bewerking van Lessings Nathan der Weise (opgevoerd in het Théâtre du Parc te Brussel, 1904); schreef zelf ook een drama Ino (1913), geïnspireerd op Oedipus koning van Sophocles.

Dwelshauvers, (Jean) Jacques (° Brussel, 1872-07-09 - ✝ Montmaur-en-Diois (Drôme), 1940-11-14)

Kunsthistoricus en militant anarchist.

Broer van Georges Dwelshauvers en gezel van Clara Köttlitz, met wie hij in 1897 een vrij huwelijk aanging. Deed beloftevolle studies aan het Koninklijk Atheneum Brussel (afd. Latijn-Grieks), waar hij A.Vermeylen leerde kennen. Studeerde 1890-92 natuurwetenschappen aan de ULB (diploma van kandidaat in juli 1892). Met een beurs van de Jacobsstichting vatte hij in oktober 1892 studies in de medicijnen aan te Bologna, samen met de latere geneesheren Herman Köttlitz en Alfred Walravens. Hij verliet Bologna in 1897, zonder de hele cyclus te hebben beëindigd.

In hetzelfde jaar begonnen de eerste strubbelingen met Gust Vermeylen, i.v.m. diens huwelijk met Gaby Brouhon en de strekking en inhoud van Van Nu en Straks. Het jaar daarop maakte hij een nieuwe reis naar Bologna en Bergamo. In het voorjaar van 1899 trok hij met Clara naar Firenze, waar hij zich voortaan geheel aan kunsthistorisch onderzoek wijdde, geboeid door de figuur van Botticelli en de kuituur van het Quattrocento. Hij zou in Firenze ook nog de toelating hebben gevraagd zich voor de eindexamens geneeskunde aan te bieden, maar legde die nooit af. Zijn verblijf in en om Firenze (afwisselend te Calamecca en te Castello), dat tot 1906 duurde, werd regelmatig onderbroken voor reizen naar het thuisland, en naar Parijs.

In 1899 werd te Antwerpen trouwens zijn zoon Lorenzo (Jean-Jacques Erasme Laurent) geboren (op de akte tekende o.m. Emmanuel de Bom als getuige), en het gezin was er officieel ingeschreven aan de Montebellostraat 3 tot 1906. In dat jaar, verhuisden zij naar Colombes bij Parijs (Boulevard Gambetta 46, niet-geregistreerde verblijfplaats). Dwelshauvers, die zich intussen Mesnil noemde (naar twee dorpjes bij Dinant, de geboortestad van zijn vaders familie), onderhield er nauwe contacten met de anarchistische en internationalistische beweging. Hij verdiende de kost met het schrijven van reisgidsen, eerst bij Hachette (o.a. de Guide Joanne - na W.O.I Guide Bleu - over Noord-Italië), nadien bij Baedeker.

Tussen 1910 en 1914 vestigde het gezin Mesnil zich te Alfort bij Parijs, waar - gezien zijn moeilijkheden met de geheime politie - evenmin een officiële inschrijving werd genoteerd. Jacques Mesnil stierf in niet opgehelderde omstandigheden te Montmaur, waar zijn zoon toen zou hebben gewoond; hij leed toen al enkele jaren aan een hart- en nierziekte waarvoor hij o.m. door dokter Schamelhout werd behandeld. Behalve aan Van Nu en Straks werkte hij nog mee aan Mercure de France, La société nouvelle, Ontwaking, Onze kunst, Revista d'Arte, Gazette des beaux arts, Burlington Magazine, de Parijse krant L'Humanité en het Italiaanse Avanti. Een bibliografie kan men terugvinden in de geciteerde bronnen.

Dwelshauvers-Dery, (auguste-ernest-) Victor (° Dinant, 1836-04-25 - ✝ Luik, 1913-03-15)

Ingenieur en wiskundige.

Echtgenoot van Françoise Félicie De Ry, oom van Jean Jacques en Georges Dwelshauvers. Doceerde vanaf 1861 natuurwetenschappen aan de UEL, waar hij rector was van 1900 tot 1903. Hij schreef na zijn naam steeds die van zijn echtgenote (in één woord) bij het tekenen van zijn werk. Zijn zoon Felix-Victor nam deze gewoonte over en kreeg deze dubbele naam officieel toegekend.

Koenigstein, François Auguste (° Saint-Chamond (Loire), 1859 - ✝ Montbrison (Loire), 1892)

Eigenlijk: François Auguste Koenigstein

Anarchist van de daad.

Werd eerst op 27/04/1892 te Parijs tot levenslange dwangarbeid veroordeeld op beschuldiging van moord, diefstal, grafschennis, smokkel, valsmunterij en een dynamietaanslag. Alleen deze laatste beschuldiging werd door Ravachol zelf toegegeven. Het proces had plaats onder uitzonderlijke omstandigheden (er werden o.m. nieuwe wetten voor gestemd), en verdediger Lagasse pleitte herhaaldelijk tegen het openbaar ministerie dat het hier een politieke zaak gold en geen misdaad van gemeenrecht. De affaire zorgde voor heel vat beroering en nieuwe aanslagen, o.m. in de VS, Engeland, Oostenrijk, Italië, Het Duitse Rijk en België (Luikse bekken, Brussel, Gent). Na deze eerste veroordeling werd Ravachol gehoord voor een andere moordzaak in St.Etienne. Op 21/06/92 verscheen hij voor de rechtbank in Montbrison, waar daags daarop het doodvonnis werd uitgesproken. Ravachol werd er na zeer veel voorzorgsmaatregelen op 11/07/92 onthoofd.

Raway, Erasmus (° Luik ?/?/, 1850 - ✝ Brussel ?/?/, 1918)

Componist.

T'sjoen, Emiel Hendrik (eig. Hendrik Frederik) (° Schorisse, 1857-01-31 - ✝ St.-Gillis (Brussel), 1909-06-01)

Eigenlijk: Hendrik Frederik T'Sjoen.

Onderwijzer en schrijver.

Broer van Floris T'Sjoen.

Verhaeren, Emile (° Sint-Amands, 1855-05-21 - ✝ Rouen, 1916-11-27)

Dichter.

Vermeylen, August. (° Brussel, 1872-05-12 - ✝ Ukkel, 1945-01-10)

Hoogleraar, kunsthistoricus en schrijver. Medeoprichter van Van Nu en Straks. Gehuwd met Gabrielle Josephine Pauline Brouhon op 21/09/1897.

Welie, Antoon Van (° Afferden, 1866-12-18 - ✝ Den Haag, 1957-09-25)

Schilder.

Titel - krant/tijdschrift

Mephisto (° 1875 - ✝ 1914)

Antwerps franstalig, apolitiek en artistiek weekblad.

Verscheen 's zaterdags. Werd op 01/09/1875 opgericht rond het Théâtre Royal d'Anvers, door Emile Verellen die nog in 1892 directeur was. Het laatst aangetroffen nummer dateert van 30/07/1914, maar het blad zou na W.O. I nog zijn voortgezet. Medewerkers waren o.m. M. Sasse, Vaillant, Fierens, Faure, Mounet-Sully, Bonnard, Couturier, Séguin, J. De Bruyne, Tichon, Joseph Schell.

Vlaamsche School, De (° 1855 - ✝ 1901)

Tijdschrift voor kunsten, wetenschappen, letteren, oudheidkunde en kunstnijverheid.

Naam - instituut/vereniging

Als Ik Kan (° 1883 - ✝ 1950)

Antwerpse kunstkring.

Werd opgericht door een aantal jonge kunstenaars, die via groepstentoonstellingen hun werk een ruimere bekendheid wilden geven. Stichters waren F. Hanno, P. de Wit, F. Adriaenssen, Ch. Bolland, L. Brunin, E. Chappel, J. Rosier, H. Rul en H. van de Velde. Onder het voorzitterschap (vanaf 1 januari 1890) van H.Luyten, die ook het grote groepsportret Een zitting van de kunstkring Als ik kan 1885 schilderde, traden nog enkele talentrijke jongeren toe (onder wie K. Mertens, R. Baseleer, E. Larock en V. Hageman). De manifestaties van de kring werden o.m. door VS, het leidinggevende kunsttijdschrift uit die tijd, met welgemeende belangstelling gevolgd. Rond de eeuwwisseling echter verloor de groep zijn élan en verschoof naar de achtergrond van het artistieke leven, om rond 1950 te verdwijnen.

Koninklijke Muntschouwburg

Brusselse operaschouwburg.

Vingt, Les (° 1884 - ✝ 1894)

Brusselse avant-gardistische kunstkring.